woensdag 1 april 2009

big three


Schilderij Gustav Klimt: “Musik”

De vrouwfiguur houdt een kithera vast,het instrument van Apollo.
Links van de vrouw is een Silenus, trouwe metgezel van Dionysos rechts is een sfinx, symbool van de vrouwelijke schoonheid.

In "De geboorte van de tragedie" werkt Nietzsche de verstoring van de tot dan toe harmonieus geachte orde der grieken uit tot wetenschapskritiek. Na een voorwoord waarin hij het boek aan Wagner opdraagt, voert hij Apollo op als god van de beeldhouwkunst, de schone schijn en de droom, en Dionysus als god van de muziek en de roes. Apollo symboliseert de wijze rust en het maat houden dat het eigen bestaan voor de individuele mens genietbaar maakt. Dionysus symboliseert de vergetelheid waardoor het individu zich laat meeslepen in een eenheidsgevoel met anderen – tegelijk gruwelijk zich verliezend en heerlijk betoverd.

3 opmerkingen:

Friedrich Nietzsche zei

“In music the passions enjoy themselves”.

Richard Wagner zei

“Even if I know I shall never change the masses, never transform anything permanent, all I ask is that the good things also have their place, their refuge.”

Zeno zei

De maand april is gewijd aan Venus als lentegodin. Op 1 april vierde men de Veneralia, voor Venus Verticordia (Venus die de harten bekeert).